Nokia 6210 Navigator - 19. Informatie over de batterij en de lader

background image

19. Informatie over de batterij en de lader

Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik met een
batterij van het type BL-5F. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik met één van de volgende
laders: AC-4, AC-5, AC-6, AC-8 of DC-4. De batterij kan honderden keren worden opgeladen
en ontladen maar na verloop van tijd treedt slijtage op. Wanneer de gesprekstijd en stand-
bytijd aanmerkelijk korter zijn dan normaal, moet u de batterij vervangen. Gebruik alleen
batterijen die door Nokia zijn goedgekeurd en laad de batterij alleen opnieuw op met laders
die door Nokia zijn goedgekeurd en bestemd zijn voor dit apparaat. Het gebruik van een
niet-goedgekeurde batterij of lader kan het risico met zich meebrengen van brand, explosie,
lekkage of ander gevaar.

Als u een batterij voor de eerste keer gebruikt of als u de batterij langere tijd niet hebt
gebruikt, is het mogelijk dat u de lader moet aansluiten, ontkoppelen en vervolgens opnieuw
moet aansluiten om het opladen te starten. Als de batterij volledig ontladen is, kan het
enkele minuten duren voordat de batterij-indicator op het scherm wordt weergegeven en
u weer met het apparaat kunt bellen.

Schakel het apparaat altijd uit en ontkoppel de lader voordat u de batterij verwijdert.

Haal de lader uit het stopcontact wanneer u deze niet gebruikt. Houd een volledig opgeladen
batterij niet gekoppeld aan de lader omdat de levensduur van de batterij kan afnemen

background image

83

I n f o r m a t i e o v e r d e b a t t e r i j e n d e l a d e r

wanneer deze wordt overladen. Als een volledig opgeladen batterij niet wordt gebruikt,
wordt deze na verloop van tijd automatisch ontladen.

Probeer de batterij altijd te bewaren op een temperatuur tussen 15°C en 25°C. Bij extreme
temperaturen nemen de capaciteit en levensduur van de batterij af. Een apparaat met een
warme of koude batterij kan gedurende bepaalde tijd onbruikbaar zijn. De batterijprestaties
zijn met name beperkt in temperaturen beduidend onder het vriespunt.

Let op dat u geen kortsluiting veroorzaakt in de batterij. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren
wanneer een metalen voorwerp zoals een munt, paperclip of pen direct contact maakt met
de positieve (+) en negatieve (-) poolklemmen van de batterij. (Deze klemmen zien eruit als
metalen strips.) Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in uw zak of tas
hebt. Kortsluiting van de poolklemmen kan schade veroorzaken aan de batterij of aan het
voorwerp waarop deze is aangesloten.

Gooi batterijen niet in het vuur. De batterijen kunnen dan ontploffen. Batterijen kunnen ook
ontploffen als deze beschadigd zijn. Verwerk batterijen in overeenstemming met de lokale
regelgeving. Lever batterijen indien mogelijk in voor recycling. Gooi batterijen niet weg met
het huishoudafval.

U mag nooit geheugencellen of batterijen ontmantelen, erin snijden of ze openen,
platdrukken, verbuigen, beschadigen, doorboren of slopen. Als een batterij lekt, moet
u ervoor zorgen dat de vloeistof niet in contact komt met de huid of ogen. Als dat toch
gebeurt, moet u uw huid en ogen onmiddellijk met water afspoelen of medische hulp zoeken.

Wijzig de batterij niet, verwerk deze niet tot een ander product, en probeer er geen vreemde
voorwerpen in te brengen. Stel de batterij niet bloot aan en dompel deze niet onder in water
of andere vloeistoffen.

Onjuist gebruik van de batterij kan brand, explosie of ander gevaar met zich meebrengen.
Als het apparaat of de batterij valt, vooral op een hard oppervlak, en u denkt dat de batterij
is beschadigd, moet u deze ter inspectie naar een servicepunt brengen voordat u die
opnieuw gebruikt.

Gebruik de batterij alleen voor het doel waarvoor deze is bestemd. Gebruik nooit een
beschadigde lader of batterij. Houd de batterij buiten het bereik van kleine kinderen.